Veel zomerse drankjes en cocktails zijn trendgevoelig, ze komen en gaan. Maar de roséwijn daarentegen blijft populair tijdens de zomermaanden. Soms wordt rosé als minder volwaardig beschouwd. Maar dit is onterecht, er zijn wel degelijk roséwijnen van hoog niveau die perfect zijn als aperitief of bij een lichte maaltijd. Maar wat is rosé, en hoe wordt het gemaakt?

Je kunt er ’s zomers niet omheen, de roséwijn blijft een klassieker in wijnbars, restaurants en op zonnige terrassen. Op zich is dat geen verrassing. Rosé is een verfrissende alleskunner die, met name als het wat warmer is, een mooi alternatief kan zijn voor rode wijn. Maar hoe wordt een roséwijn eigenlijk gemaakt? Vaak wordt gedacht dat het simpelweg een mix is van rode en witte wijn, maar het is niet zo simpel. Het mag zelfs niet eens op die manier gemaakt worden. Althans, niet als de term rosé op het label staat.

Roséwijn: zo wordt het gemaakt

Je verwacht het niet, maar rosé wordt gemaakt van dezelfde blauwe druiven als waar rode wijn van gemaakt wordt. Deze blauwe druiven hebben vaak een licht en bijna kleurloos sap. Maar waar komt de donkere kleur van wijn dan vandaan? Deze vraag is makkelijk te beantwoorden; de rode kleurstoffen zitten in de schil van de druif, niet in het sap.

Om uit te leggen hoe roséwijnen gemaakt worden, moeten we eerst de productie van rode en witte wijn bekijken. Bij de productie van rode wijn wordt de schil van de druif samen met het druivensap gefermenteerd. Daarbij komt de kenmerkende kleur van rode wijn vrij. Voor witte wijn vindt er eerst een persing plaats waar de schillen van het sap gescheiden worden. Daarna volgt pas de fermentatie.

Het duurt een aantal weken voordat de kleur volledig door de druivenschillen wordt afgegeven. Wijnmakers maken hier slim gebruik van. Zodra het sap een licht rode tint heeft gekregen, wordt het geperst en overgebracht naar een andere tank om verder te fermenteren, zonder de schillen dus. Uiteindelijk wordt het gebotteld als roséwijn. Je zou dus kunnen zeggen dat roséwijnen eigenlijk gefermenteerde rode wijnen zijn, die minimaal contact met druivenschillen hebben gehad.

Kan rosé ook gemaakt worden door rode en witte wijn te mengen?

Dat kan zeker! Deze methode, waarbij een kleine hoeveelheid rode wijn wordt toegevoegd aan een vat witte wijn, bestaat. Zo worden roze gekleurde wijnen geproduceerd, maar de term rosé mag niet op het label staan. In Duitsland worden deze wijnen aangeduid als ‘Rotling’ wijnen. Bekende voorbeelden van deze blends zijn de Schillerwein uit Württemberg en de Rotgold uit Baden.

Elke wijn met de term rosé op het label is dus een echte roséwijn, en geen mix van rode en witte wijn. Er is echter een uitzondering. In het geval van een champagne mag de term rosé ook gebruikt worden als de wijn een mix is van rode en witte wijn. Er zijn heel wat rosé champagnes die worden gemaakt van de witte Chardonnay druif waaraan een beetje rode wijn wordt toegevoegd voor de kleur en een meer uitgesproken smaak.

Op de juiste temperatuur

Wist je trouwens dat je roséwijnen het beste op een temperatuur van 10-12°C kunt serveren? Bij deze temperatuur komt het fruitige karakter van de wijn het beste tot zijn recht. Als je een rosé te koud drinkt proef je minder fruit en meer zuur.

Heb je vragen over roséwijn? Schrijf ons! Laat een reactie achter onder dit bericht. Of discussieer met ons op Facebook.