France cider, Engelse cider of Hessische apfelwein, naast bier en wijn wordt cider als traditionele drank in grote delen van Europa gedronken. Maar waarin verschillen ze eigenlijk?
Het uitgangspunt is natuurlijk voor alle soorten cider hetzelfde: verse appelsap. Dit sap is echter niet te vergelijken met het appelsap dat je op tafel zet voor je kinderen. Het smaakt ook anders dan de appels die je kent. Voor appelwijn worden voornamelijk bittere, suikerarme appelsoorten gebruikt met een hoog tanninegehalte. Deze appelsoorten zijn in het algemeen niet bedoeld voor directe consumptie. In plaats van bekende appels als Golden Delicious en Granny Smith worden voor appelwijn meestal oude rassen gebruikt, deze appels groeien vaak op boomgaarden.
Verschillende soorten gisting
Een groot verschil tussen de Britse/Ierse cider, Franse cidre en Duitse varianten is de alcoholische gisting. In Duitsland mag het natuurlijke koolzuur uit de wijn ontsnappen waardoor een ‘stille’ wijn ontstaat. Bij de Britse/Ierse cider en Franse cidre is de fermenterende kooldioxide gebonden aan de wijn om een bruisende drank te verkrijgen. Bij industrieel geproduceerde eenvoudigere wijnen wordt koolzuur aan de wijn toegevoegd. Franse cidre van topkwaliteit wordt soms zelfs geproduceerd op dezelfde wijze als champagne, door gisting op de fles.
De appel bepaalt de smaak van de cider
Naast de aard en duur van de fermentatie en het suikergehalte van de most, bepaalt ook het soort appels de smaak van de appelwijn. Franse cidre smaakt meestal subtiel en fruitig, Britse/Ierse cider vaak robuust en stevig, maar uiteraard kan dit van soort tot soort anders zijn.
Het alcoholpercentage kan ook heel verschillend zijn. De meeste ciders hebben een alcoholpercentage tussen 4% en 8,5%, maar bij de sterkere cidersoorten uit bijvoorbeeld Canada en de VS kan dit zelfs oplopen tot een stevige 12%. In plaats van appels kunnen er ook peren worden gebruikt. In Engeland spreekt men dan van Perry, in Frankrijk wordt de term Poiré gebruikt.
Verschillende traditionele drinkglazen, afhankelijk van de regio.
Voor appelwijnen worden in de regio’s van herkomst vaak zeer verschillende drinkglazen gebruikt. In Hessen wordt de ‘Gerippte’ gebruikt, een glas met een typisch ruitpatroon. In Frankrijk zie je meestal platte kommen. In Bretagne en Normandië zie je zelfs aardewerken bekers. Voor de fijne Franse cidre is een witte wijnglas heel geschikt, bij gisting op de fles is een champagne glas heel toepasselijk. In Engeland en Ierland wordt de cider gedronken uit een “half pint”, vaak met veel ijs.
Heb je vragen over cider? Schrijf ons! Laat een reactie achter onder dit bericht. Of discussieer met ons op Facebook.
