Wie houdt er niet van een goede Wienerschnitzel? Mals kalfsvlees, een knapperig laagje paneer en een partje citroen zijn de simpele ingrediënten van deze lekkernij. Waar komt de schnitzel oorspronkelijk vandaan? En nog belangrijker, hoe maak je een lekkere schnitzel? In dit artikel vertel ik je er alles over.

Weiner Schnitzel

Er is maar één originele schnitzel

De échte, originele schnitzel is volgens velen de Wienerschnitzel. Deze bekendste variant wordt traditioneel gemaakt van kalfsvlees. Het vlees wordt platgeslagen en gepaneerd met bloem, ei en paneermeel. De Wienerschnitzel wordt vaak traditioneel geserveerd met een partje citroen.

Hoewel je vanwege de naam zou denken dat het een typisch Oostenrijks gerecht is, ligt de oorsprong van de schnitzel in Italië! Al in de 16e eeuw werd in Venetië kalfsvlees in broodkruim gebakken. Naar verluidt heeft de Oostenrijkse legeraanvoerder Josef Radetzky de schnitzel pas in 1857 in Wenen geïntroduceerd.

Kalfsvlees is relatief duur en daarom wordt varkensvlees vaak als goedkoper alternatief gebruikt. Een gepaneerde varkensschnitzel is op de menukaart te herkennen als Schnitzel Wiener Art, maar veel restaurants serveren een varkensschnitzel gewoon als ‘Wienerschnitzel’, goed opletten dus!

Inmiddels zijn er legio varianten van de schnitzel verkrijgbaar. Je kent vast de Zigeunerschnitzel en de Cordon blue, maar wist je ook dat er zelfs een vegetarische variant bestaat?

  • Wienerschnitzel: een gepaneerde kalfsschnitzel
  • Schnitzel Wiener Art: een gepaneerde varkensschnitzel
  • Zigeunerschnitzel: met paprika gekruid
  • Cordon bleu: een gepaneerde schnitzel gevuld met kaas en ham
  • Jägerschnitzel: met een saus van voornamelijk champignons
  • Satéschnitzel: een gepaneerde schnitzel gevuld met saté
  • Holsteiner Schnitzel: een kalfsschnitzel met spiegelei, ansjovis en kappertjes
  • Rahmschnitzel: met een witte roomsaus
  • Hamburger Schnitzel: een varkensschnitzel met spiegelei
  • Vegetarische Schnitzel: gepaneerde tofoe

Zelf Wienerschnitzels maken

Ingrediënten

Voor 4 personen

  • 4 kalfsschnitzels of kalfsoesters van ca. 125 gram per stuk
  • 200 gram bloem
  • 3 eieren
  • 200 gram witbrood (of 200 gram kant en klaar paneermeel)
  • 250 gram roomboter
  • 1 citroen
  • Peper en zout

Bereidingswijze

  1. Leg de kalfsschnitzels of -oesters tussen plastic folie en sla ze plat met een vleeshamer. Heb je geen vleeshamer? Je kunt ook een deegroller of de bodem van een pan gebruiken.
  2. Bestrooi de schnitzels met zout en versgemalen peper.
  3. Scheur het brood in stukken en vermaal het brood in een keukenmachine tot paneermeel.
  4. Klop de eieren in een diep bord los met een vork.
  5. Verdeel de bloem en het paneermeel over twee andere diepe borden. 
  6. Haal de schnitzels eerst door de bloem, dan door de eieren en dan door het paneermeel.
  7. Verhit de boter in een koekenpan.
  8. Bak de schnitzels in vier minuten per kant goudbruin. Gebruik een zo groot mogelijke pan en zorg dat de schnitzels er goed in passen.
  9. Laat ze op keukenpapier uitlekken.Wienerschnitzel

Serveer de Wienerschnitzel met een partje citroen en combineer bijvoorbeeld met een aardappelsalade, frietjes of gebakken aardappelen.

‘Guten Appetit’, oftewel: eet smakelijk!

 

Heb jij dit recept voor een echte Wienerschnitzel geprobeerd? We zijn benieuwd wat je ervan vond! Laat een reactie achter onder dit bericht. Of discussieer met ons op Facebook.