Herten, everzwijnen, konijnen en wilde ganzen leven in tegenstelling tot varkens, koeien en pluimvee vaak in het wild in plaats van in gevangenschap tot ze door mensen worden geslacht voor hun vlees. Betekent dat dan dat wildvlees mogelijk een beter alternatief is? Wat zijn de voordelen ervan op het vlak van voedingswaarde en gezondheid? We geven je een woordje uitleg over de bijzonderheden van wildvlees alsook nuttige informatie over hoe je je persoonlijke favoriet uit het rijkelijke aanbod van de natuur kunt ontdekken.
Is wildvlees goed voor je gezondheid? Je leest er meer over in dit artikel.
Niet elk dier dat door het bos dartelt, mag zomaar worden doodgeschoten en opgegeten. Er is immers een jachtwetgeving die onder andere voorschrijft wanneer er op bepaalde diersoorten mag worden gejaagd. Daarnaast moeten er strenge hygiëneregels worden gerespecteerd bij het verwijderen van het vlees en de verkoop ervan. Als het dode wild er vreemd uitziet of ruikt, moet het onderzocht worden door een dierenarts. Een officieel onderzoek is ook verplicht als het wild door een groothandelaar wordt verkocht en als het om everzwijnen gaat. Die moeten namelijk worden onderzocht op een kleine lintworm: trinchinella.
De verschillende soorten wild
Niet alle wild is hetzelfde. Zo wordt er een onderscheid gemaakt tussen haarwild en vederwild. Met haarwild worden alle zoogdieren met een vacht bedoeld waarop mag worden gejaagd. Haarwild wordt op zijn beurt onderverdeeld in groot wild, everzwijnen en klein wild. Herten, elanden, gemzen en wapiti’s zijn groot wild, terwijl hazen en wilde konijnen klein wild zijn. Sommige jachtdieren worden gehouden en gevoederd op omheinde stukken land die lijken op hun natuurlijke habitat. Everzwijnen hebben heel smaakvol en sappig vlees. Ook het vlees van herten, damherten en moeflons (wilde schapen) is heel sappig. Wild konijn is dan weer perfect voor wie van erg mals vlees houdt. Vlees van wild dat in gevangenschap werd gehouden, is over het algemeen rijker en gevarieerd van smaak.
Vogels die in het wild leven en door de mens gedood mogen worden, behoren tot het vederwild. Sommige van deze vogels worden ook in volières gekweekt. Voorbeelden van vederwild zijn wilde eend, wilde gans, wilde duif, fazant, patrijs en kwartel. De kleur en de structuur van het vlees van vederwild verschillen naar gelang de leeftijd en de voeding van de vogel en of hij in een volière werd gehouden of in het wild leefde. Vergeleken met vogels die in het wild leven, is het vlees van vederwild dat in volières wordt gehouden minder stevig en heeft het minder smaak. Patrijs bijvoorbeeld zit boordevol smaak en het vlees van wilde duif is bijzonder mals.
Gelukkige dieren, beter vlees
Vetarm, fijnvezelig, met een stevige textuur en een rode, roodbruine of typische gevogeltekleur: wild heeft enkele specifieke kenmerken. Het lage vetgehalte valt te verklaren door het feit dat de dieren in het wild heel erg actief zijn. Bovendien bestaat het vet tot 65% uit belangrijke onverzadigde vetzuren, waaronder de uiterst heilzame omega 3-vetzuren. Vanwaar dat gunstige vetzuurgehalte? Mogelijk is het te danken aan de grote hoeveelheid wilde kruiden die dieren in het wild opeten. De vele eiwitten maken het vlees ook licht verteerbaar. Daarnaast is wild rijk aan vitamines, mineralen en sporenelementen. Zo is het een bijzonder goede bron van ijzer, zink, selenium en vitamine B12.
Wildvlees bevat onder meer waardevolle omega-3 vetzuren, ijzer en zink.
Vooral rood vlees bevat veel ijzer. Omdat deze stof noodzakelijk is voor de bloedvorming, moeten we er via onze voeding regelmatig een voorraad van binnen krijgen. Een teveel aan ijzer daarentegen verhoogt het risico op hart- en vaatziekten, diabetes en mogelijk zelfs darmkanker. Eet wild daarom met mate. Houd er ook rekening mee dat een teveel aan eiwitten in je voeding ook problemen kan veroorzaken voor het urinezuurmetabolisme, wat op zijn beurt kan leiden tot een jichtaanval.
Ook het loodgehalte in wild leidt vaak tot gezondheidsproblemen. Dat geldt uiteraard vooral voor dieren die werden doodgeschoten met munitie die lood bevat. Naast de zone rond de kogelinslag, tast het lood ook de rug en de poten aan. Het vormt echter enkel een gezondheidsrisico voor zwangere vrouwen, kinderen in jagersgezinnen en anderen die veel wild eten. In alle andere gevallen zijn de hoeveelheden lood ongevaarlijk.
Ook andere factoren kunnen de kwaliteit van het vlees negatief beïnvloeden. Een van die onaangename fenomenen is de urinegeur en -smaak van mannelijke hoefdieren die tijdens het paarseizoen worden gedood. Hoe dat komt? Door feromonen. Het vlees invriezen kan helpen om dit vervelende verschijnsel na verloop van tijd weg te krijgen. Stress tijdens de jacht is nog zo’n factor die een negatieve invloed heeft. Hoe langer het dier tijdens de jacht wordt opgejaagd, hoe lager het glycogeengehalte. Glycogeen is echter belangrijk voor het rijpingsproces van het vlees, omdat het wordt omgezet in melkzuur. En melkzuur draagt op zijn beurt bij tot processen die zorgen voor de malsheid en sappigheid van het vlees. Leerachtig en droog vlees is dan ook vaak het resultaat van een jachtpartij.
Nuttige informatie over wild kopen en bewaren
Wild uit je regio kan je meestal gewoon bij je slager kopen. Is dat niet het geval, dan kan je je altijd richten tot jagers of het plaatselijke bosbouwbureau. Wild uit de supermarkt is meestal afkomstig van dieren die werden grootgebracht in gevangenschap of die uit andere landen werden geïmporteerd. Het verse vlees mag in geen geval een zwartachtige schijn of een onaangename geur hebben. Vlees van herten en everzwijnen daarentegen heeft meestal een ietwat zurige aromatische geur, wat dan weer een teken is van uitstekende kwaliteit.
De optimale bewaarplaats voor je vlees is de BioFresh Meat & Dairy-Safe in je Liebherr koelkast.
Gebruik een koeltas om het vlees mee naar huis te nemen en leg het meteen in je Liebherr-koelkast zodra je thuiskomt. Het vlees mag niet langer dan een dag in het hoofdkoelvak worden bewaard. Leg het daarom liever in de BioFresh Meat & Dairy Safe van je koelkast. Zo blijft het vlees tot zes dagen vers. Je doet er echter goed aan geen risico’s te nemen en het vlees zo snel mogelijk op te eten, idealiter maximum drie dagen later. Je kunt wild ook invriezen. Vlees van haarwild kan tot negen maanden bij -18 °C in de diepvriezer worden bewaard, vlees van vederwild tot zes maanden. Als je het veel langer bewaart, wordt het droog en pezig. Ook mag het vlees voor het invriezen niet worden gewassen of gemarineerd.
Lekkere bereiding
Bevroren vlees moet eerst afgedekt en in de koelkast worden ontdooid. Het ontdooide vocht moet goed kunnen afdruipen en mag niet in contact komen met het vlees of andere voedingsmiddelen om besmetting met eventuele ziekteverwekkers te voorkomen. Over het algemeen moet wild altijd goed doorbakken worden en mag het niet rauw of halfrauw worden opgegeten. Het moet lang genoeg worden verhit, zodat de kern gedurende minstens twee minuten een temperatuur van ten minste 70 °C bereikt. Kwestie van eventuele ziekteverwekkers geen kans te geven. Als het vlees lang genoeg gegaard heeft, is het sap dat eruit komt, doorzichtig en niet meer roze. Je kunt het vlees dan ook niet meer met een vinger indrukken.
De smaak van wild harmonieert bijzonder goed met kruiden, laurier of rozemarijn.
Als je de buitenste laag van het vlees verwijdert, zal het gegaarde vlees bovendien nog malser zijn. Nog een tip: wikkel spek rond het vlees en bestrijk het met reuzel voor een nog sappigere smaak. De unieke smaak van wild gaat perfect samen met kruiden die voor nog meer intensiteit zorgen zoals laurier, jeneverbes, kruidnagel, rozemarijn, tijm, salie en marjolein. Je hoeft helemaal niet bang te zijn om wild te bereiden. Respecteer gewoon de hygiënevoorschriften voor alle soorten vlees en combineer naar hartenlust met jouw favoriete bijgerechten.
Lees ook:
De melkmythe – en welke middeltjes echt helpen tegen een verkoudheid
Brood langer vers bewaren: hoe doe je dat?
Vond je dit een leuk artikel? Schrijf ons! Laat een reactie achter onder dit bericht of discussieer met ons op Facebook.